zondag 26 december 2010

Je hebt het niet van mij, maar… Een maand aan het Binnenhof. Joris Luyendijk.


“Stel dat je na de val van het vorige kabinet begin 2010 de verkiezingsprogramma’s had bestudeerd en op basis daarvan je stem uit had gebracht. En stel dat je daarna slechts twee keer Haags nieuws tot je had genomen: bij de verkiezingsuitslag, en daarna de aankondiging van het regeerakkoord.
Wat had je dan eigenlijk gemist?” (p. 97)

Natuurlijk kan ik zeggen: pfff… ik weet wel zo’n beetje hoe het daar gaat en Je hebt het niet van mij, maar… van Joris Luyendijk links laten liggen. Onzin. Ik heb genoeg verhalen uit eerste hand gehoord en af en toe zelf mogen binnenkijken, maar hoe het er echt aan toegaat op het Binnenhof?

Luyendijk liep een maand rond op het Binnenhof om daar met zijn antropologische bril naar de intermenselijke verhoudingen te kijken. Hij onderscheidt vier groepen: de lobbyisten, de politici, de voorlichters en de journalisten. Hoewel de functies verschillend zijn, blijken de poppetjes onderling uitwisselbaar. In een afgebakend krachtenveld zijn de vier soorten geheel afhankelijk van elkaar om hun werk goed te kunnen doen.

Bewust naïef en vermakelijk schrijft Luyendijk wat hij ziet. Niet om een volledig beeld te schetsen, slechts als tijdelijke waarnemer. Ik kijk graag over zijn schouder mee. En ooit ga ik deze conclusie zelf ter plaatse toetsen: “Je bent in Den Haag voortdurend aan het onderhandelen, met anderen en met je eigen geweten – als je dat hebt.” (p.100)

vrijdag 3 december 2010

Modern spreekwoordenboek. Elk nadeel heeft zijn voordeel en 2499 andere spreekwoorden. Van Dale


'De weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens al neemt men zich het goede voor, men vervalt gemakkelijk weer tot de zonde, talloze goede voornemens worden nooit gerealiseerd' (p. 200)

De plaatjes op de lagere school herinner ik me nog: een keurige man met een hoed in zijn hand of een hond in een pan op tafel. Spreekwoordenles. En intussen leerden we de deugden van het leven. Hoe enthousiast ik toen de spreekwoorden oefende en mijn woordenschat ermee verrijkte, zo onthand voel ik me nu als ik ze in mijn taal wil verweven. Slechts flarden schieten door mijn hoofd ...doe een ander niet... ... kwaad kersen eten...

In Berlijn bewonderde ik afgelopen september Nederlandse spreekwoorden van Pieter Bruegel de Oude. Zeker 76 spreekwoorden verwerkte hij in het humoristische schilderij; een beroemde voorloper van de klassieke schoolplaten. Slechts twaalf spreekwoorden wist ik uit het werk te destilleren. Juist. Opgeleid in de Letteren en Kunsten blijk ik een cultuurbarbaar.

Het Modern spreekwoordenboek van Van Dale (samengesteld door Ton den Boon) is een luchtig spreekwoordenboek. Niet uitputtend, wel toegankelijk. Precies wat ik zocht. Zowel de traditionele als moderne spreekwoorden zijn erin opgenomen, voorzien van een deugdelijke uitleg. Helemaal handig was het geweest als spreekwoorden met gelijke betekenissen naar elkaar zouden verwijzen.

Met een lach en menig aha-erlebnis zwerf ik door het boek en neem me voor mijn taal te verluchten met spreekwoorden als wie zijn neus schendt, schendt zijn aangezicht en spottershuisjes branden licht. Of plavei ik met dit voornemen mijn weg naar de hel?